Met dank aan de familie Cobbaert.
Op een boogscheut van de kust verwijderd in het kleine polderdorp Zevekote was loonbedrijf -en handel in landbouwmachines Cobbaert gevestigd. Het moet ergens in de loop van 1960 geweest zijn dat landbouwerszoon Maurice Cobbaert besliste een loonbedrijf op te starten.
In 1963 werd dan beslist het te gaan combineren met de de verkoop van landbouwmachines. Waardoor nog eens twee jaar later ook broer Marcel Cobbaert mee in het bedrijf stapte. Waardoor het bedrijf verder ging onder de naam Gebr. Cobbaert.
In de jaren ’50 zagen we de eerste Massey Ferguson trekker op het landbouwbedrijf van de familie Cobbaert verschijnen. Hier zien we hem ingespannen staan voor hun omgebouwde zaaimachine. Deze oude zaaimachine voor het paard dateerde al uit 1934.
De intrede van de burgemeester kon niet onopgemerkt voorbij gaan einde jaren ’50. De Massey Ferguson van Cobbaert werd dan ook opgetrommeld om mee te rijden in de parade ter ere van de inhuldiging.
Eén van de eerste loonactiviteiten die men uitvoerde was het maaidorsen met deze Claeys M 73 in 1961.
Niet veel later was de Claeys M 73 al reeds ingeruild voor deze Clayson M 103 opzakker. Een Massey Ferguson 35 en een Zetor 25 waren er ook van de partij.
Het persen van kleine balen gebeurde toen met deze Massey Ferguson 65 en New Holland pers.
Destijds een al even belangrijk publiek figuur als de burgemeester van het dorp , was natuurlijk de pastoor. Dus met de komst van een nieuwe pastoor werd eveneens een parade georganiseerd. De Clayson M 103 werd dan ook feestelijk uitgedost om mee te gaan rijden in de bijhorende parade.
Sinds 1963 was de handel in landbouwmachines gestart en al snel werd men officieel dealer voor de Ford tractoren. Legendarische tractoren zoals de Ford 5000 verkochten einde jaren ’60 dan ook als zoete broodjes.
Men bleef altijd verder investeren in hun machinepark. Op vlak van maaidorsers zagen we dan ook einde jaren ’60 deze Clayson M 133 opduiken. Een waardige opvolger voor de Clayson M 103.
Het loonwerk evolueerde snel , men was op vele vlakken een pionier in hun regio. In de jaren 60′ zag men al toekomstmuziek in de maïsoogst. Men ging van start met een stationaire hakselaar, om uiteindelijk begin jaren 70′ al aan het werk te zijn met een 2-rijïge zelfrijder van New Holland.
Men heeft destijds zelfs drie hakselaars in één keer aangekocht. Dit waren drie New Holland 1770’s die in gebruik waren geweest van de suikerfabriek in Tienen. Daar werden ze uitsluitend ingezet voor de grasoogst.
Al snel volgde de aankoop van de grotere New Holland 1880.
1974 was voor velen een jaar om nooit meer te vergeten. Vele vruchten konden niet geoogst worden van de doorweekte akkers. Hier en daar werd zelfs het leger ingezet om de oogst binnen te halen.
Maar hier ging men geen uitdaging uit de weg, men bouwde eigenhandig hun New Holland 1880 om en voorzag deze van ijzeren rupsen.
Op vlak van mechanisatie evolueerde het bedrijf ontzettend snel en dit kwam grotendeels door de vraag van de klant. Men ging geen uitdaging uit de weg. Hun motto was dan ook ‘Nooit tegen iets neen zeggen, alles valt te proberen!’
In 1980 zien we een Clayson M 135 de maïs induiken , men had al reeds begin jaren ’70 ervaring met het dorsen van maïs. Dit gebeurde toen nog in de maanden Januari en Februari.
Eveneens bood men al aan om het gedorsen graan te malen met hun mobiele maalderij voorzien van een DAF motor.
Een lading nieuwe Ford tractoren klaar voor verkoop.
Ook op vlak van het persen bleef men natuurlijk niet achter, met de komst van de eerste ronde balenpersen , sprong men mee op de kar en kocht men deze New Holland pers aan in 1981.
Verloren gewaande gewassen werden in 1982 verhakseld tot veevoeder met de New Holland 1880.
In de maïs reed men met twee ploegen in de maïs. De ene ploeg ging er op uit met de silagewagens. De andere ploeg kreeg de kippers meegestuurd. Dit om eenvoudig te kunnen lossen in hun silopers , die de maïs in een worst perste.
Een prachtige combinatie in 1983 hun Ford 8210 GEN I met een 3-schaar ploeg.
Een prachtige mestcombinatie in 1984 een Ford 7610 GEN I met een OVA aalton.
In 1986 al weer op weg naar een volgende klant.
Men ging geen uitdaging uit de weg, dus ook geen Gymcana. Een Ford 6610 GEN II bewees in 1987 dan ook zijn kunnen.
In samenwerking met de oogstfeesten van Middelkerke organiseerde men een tractorpulling in 1988. Ze werden er zelf ook eerstes met hun tot een 6-cylinder omgebouwde Ford 6710.
En Patrick zag dat het goed was…
In 1986 nam de Ford Motor Company de Sperry New Holland groep over en voegde dit samen met hun tak van landbouwtrekkers. De naam Ford New Holland werd geboren.
In 1987 werd het bedrijf van Cobbaert zelfs verkozen tot beste dealer van het land. Dit werd met een uitgebreid etentje gevierd , in het gezelschap van de directeur van Ford New Holland.
Maurice en diens zoon Patrick trots aan het poseren bij een nieuwe Ford 7610 en 6610.
Ook tweedehands trekkers kon je hier aankopen.
Ook het grote broertje een Ford 8210 GEN I was er te bezichtigen.
Door de jaren heen werden heel wat opendeurdagen georganiseerd ten huize Cobbaert. Dit was niet anders in 1987. De glimmende nieuwe Ford tractoren en Steeno ploegen konden genieten van een grote belangstelling.
De Ford New Holland groep organiseerde samen met de familie Cobbaert een indrukwekkende demonstratie in 1988. Kosten nog moeite werden gespaard om de bezoekers te impressioneren. Allerhande stunts werden uitgevoerd en nieuwe modellen werden voorgesteld.
Ondanks de drassige omstandigheden werd zelfs het kunnen van de New Holland 1900 voorzien van een 5-rij bek voorgesteld.
Later werd ook een demonstratie op poten gezet samen met Vandaele Machinery uit Oostrozebeke. Een Ford 8210 GEN II was er aan een New Holland D 1000 pers te zien. Om de pakken te verzamelen zette Vandaele Machinery twee verreikers uit het JCB gamma in.
In 1994 kwam Patrick Cobbaert aan het roer van het bedrijf te staan. Het Ford / New Holland dealerschap voor tractoren werd opgezegd en men besloot om Massey Ferguson tractoren te gaan verkopen. In 2002 werd beslist om de loonwerken stop te zetten, in 2003 stopte men dan uiteindelijk ook met het verkopen van landbouwmachines.
